FCI groep 1 : Herdershonden en veedrijvers
Sectie : 1
Herkomst : Afkomstig uit de Spaanse Pyreneeën. Verspreide zich later over de hele regio van Catalonië. Zowel qua uiterlijk als gedrag staat dit ras nog dicht bij zijn oorsprong als werkhond.
Voorkomen : Goed geproportioneerd, iets langer dan hoog, tegen wind en weer bestendige vacht, attente waker, rustiek, levendig en intelligent, met een trotse blik.
Schofthoogte : Reuen 47 – 55 cm, teven 45 – 53 cm
Gewicht : Ongeveer 20 kg
Vacht : Lang, sluik haar met weinig krul. Droog en niet-zijdeachtig. Hoofd voorzien van haren die baard, snor en wenkbrauwen vormen, de ogen duidelijk zichtbaar. De rui geschiedt in gedeelten, eerst de voorkant en dan de achterkant.
Kleur : Lijkt op afstand eenkleurig, met de ledematen wat lichter, bestaat uit een mengeling van tinten roestbruin, roodbruin, zandkleur, grijs, zwart en wit.
Gebruik : Hoeden en drijven van kuddes, werkt niet alleen op bevel maar ook zelfstandig. Heeft een baas nodig die voldoende tijd met hem kan doorbrengen en zijn kracht en energie in goede banen kan leiden. Zeer geschikt voor de hondensport.
Gezondheid : Nog geen problemen gekend.
Aard : Een pittige hond, geneigd om zelf het initiatief te nemen. Waaks en nogal wantrouwend tegenover vreemden en andere honden. Moet voldoende aandacht krijgen en goed gesocialiseerd worden, consequente opvoeding nodig maar toch goed gehoorzaam en verdraagzaam te krijgen. Voldoe je hier allemaal aan dan krijg je een ideale gezelschapshond.
Bijzonderheden : Regelmatig kammen met grove kam.