FCI groep 1 : Herdershonden en veedrijvers
Sectie : 1
Herkomst : Zeer oud ras die voorkomt in het Aires-gebergte in Portugal. Wordt bij de schapen ingezet.
Voorkomen : Middelgrote hond met warrelige vacht, die soms iets te hoog op de benen lijkt te staan.
Schofthoogte : Tussen 42 – 55 cm
Gewicht : 12 – 18 kg
Vacht : De vacht voelt aan als geitenhaar en is lang, dik en golvend. Haar is gelijkmatig verdeeld over het lichaam, hebben geen ondervacht
Kleur : Zwart, kastanjebruin, bruin, geel, rossig, grijs, wolfsgrauw
Gebruik : Als drijver bij de kudde, tegenwoordig populair als huishond.
Gezondheid : Geen specifieke problemen
Aard : Slim, intelligent, leergierig, levendig en waaks. Beschikt over uitstekend aanpassingsvermogen, vraagt een bijzonder consequente baas daar ze zeer eigengereid zijn en zich vaak dominant opstellen. Aanhankelijk en trouw aan eigen mensen.
Bijzonderheden : Hoeft niet vaak te worden geborsteld, net zo min als je hem in het bad moeten doen.