
FCI groep 1 : Herdershonden en veedrijvers
Sectie : 1
Herkomst : Australië, in praktijk ontstaan van het dagelijks werken met vee. De voorouders van de kelpie zijn de English North country collies van het Rutherford type met eventuele dingo kruising. Kunnen met verschillende soorten dieren werken zoals schapen, geiten, rendieren en gevogelte.
Voorkomen : Een compact lichaam, iets langer dan hoog, met sterke, goed ontwikkelde benen. De pezige, geharde spieren zijn duidelijk merkbaar onder de glanzende vacht.
Schofthoogte : Reuen : 46 -51 cm Teven 43.5 – 48.5 cm
Gewicht : 11.5 – 20.5 kg
Vacht : Dubbele vacht die uit een korte, dichte ondervacht bestaat en harde weersbestendige bovenvacht.
Kleur : Zwart, zwart met roestbruin, rood of lever
Gebruik : Herdershond
Gezondheid : De fokdieren worden getest op heupdysplasie en aanwezigheid van erfelijke oogafwijkingen.
Aard : Ijverig, attent, leergierig, onvermoeibaar, gericht op één persoon, een workaholic, zeer energiek en op werken gericht
Bijzonderheden : Regelmatig borstelen